Kennismaken met Karien Heirman

De nieuwe programmamanager van het Informatiehuis Water is Karien Heirman. Zij is op 1 juni bij het Informatiehuis Water gestart. In de afgelopen periode is zij wegwijs gemaakt door haar voorganger Erik Kraaij, zijn alle dossiers overgedragen, heeft ze kennis gemaakt met de teamleden en zich verdiept in de dienstverlening, producten en processen van het Informatiehuis Water. Wat is haar indruk? Hoe wil ze haar rol als programmamanager invullen? Welke onderwerpen hebben volgens haar prioriteit? En, wie is de persoon Karien?

Haar Vlaamse tongval laat zich verklaren door haar roots. Karien is geboren in Oost-Vlaanderen en studeerde Economie en Informatica aan de Universiteit van Antwerpen. Haar carrière bracht haar via diverse IT-gerelateerde functies naar het noorden van Nederland, waar ze nu ook woont. 

Bij de vraag ‘wie is Karien?’ zie je het antwoord al aan haar gezichtsuitdrukking. “Als er iets is wat me karakteriseert, dan is het wel dat ik ‘wie is Karien’ veel minder belangrijk vindt dan wat het werk oplevert,” lacht ze. “Ik kom op mijn werk om te werken en het delen van privédingen doe ik liever 1-op-1. Ik denk ook dat het werken met elkaar complexer wordt als je te veel persoonlijks met elkaar deelt. Ik moet vanuit mijn rol vooral kijken naar een persoon in diens werk en enige afstand maakt dat makkelijker.” Niettemin gaat ze geanimeerd mee in de creatie van een korte karakterschets.

Blauw of rood?

Het ligt er natuurlijk aan welke methode je gebruikt, maar Karien kiest direct voor blauw [1]. Of eigenlijk blauwgroen. “Ik stuur er niet meer zo strak op dat alles SMART gemaakt moet worden,” vertelt ze. “Dankzij jaren ervaring en het ouder worden op zich kan ik bewuster bepaalde onderwerpen organisch laten ontstaan. Soms is het beter als mensen over een bepaalde situatie zelf tot inzichten komen, in plaats van dat ik zeg hoe ik ernaar kijk en hen dan de mogelijkheid ontneem zelf hun positie te bepalen.”

Op kantoor of thuiswerken?

Hoewel ze vindt dat 5 dagen per week op kantoor zijn geen optie meer is, kiest Karien voor ‘kantoor’: “Omdat dat een extra dimensie geeft aan elkaar echt ontmoeten. Daar kun je veel meer proeven of mensen happy zijn in hun werk, wat er speelt, hoe de dynamiek is tussen mensen. Dat is voor mij heel waardevolle informatie. Het echte gesprek tussen mensen, dat kun je alleen fysiek voeren.”

Sturen of coachen?

“Ik zou liever ‘coachen’ zeggen, maar ik kan niet zonder beide,” zegt Karien. “Soms is er geen tijd voor coaching. Het sturen gaat prevaleren op momenten waarvan ik denk ‘het is urgent’ en ik de koers op korte termijn wil veranderen. Daarbij ga ik dan wel in gesprek met de betrokken personen om hen mee te nemen in wat ik zie, wat er tussen mijn oren gebeurt en waar ik naartoe wil. “

Karien is pas in de loop van haar carrière in de rol van manager gestapt. En dat vindt ze goed, want: “Je moet wel gepokt en gemazeld zijn om leiding te kunnen geven, weerbaar zijn en tegen weerstand kunnen. Leeftijd, de ervaring die daarbij komt en de persoon die je na veel levenslessen bent geworden, maken dat je je als leidinggevende kunt verhouden tot je verantwoordelijkheden en tot de personen die in jouw team zitten. Toen ik met het managementvak begon, heb ik me ook heel bewust afgevraagd of ik wel voldoende waarde en ervaring meebreng om, samen met andere mensen, een koers uit te zetten. Wie ben ik? Kan ik de mensen in mijn team helpen?”

Zelf doen of delegeren?

“Delegeren, omdat ik heel graag de verantwoordelijkheid laat waar die thuishoort,” zegt Karien. “Met zelf doen, los je niks op. Je kunt alleen eenmalig iets zelf doen om over te brengen hoe je iets in gedachten hebt."

Zonder water geen leven

Karien voelt sterk een verantwoordelijkheid voor hoe we als mensen gebruik maken van de aarde. “Ik vind het verschrikkelijk hoe we daarmee omgaan,” zegt ze, “en ik probeer daar iets tegenover te zetten in mijn eigen kleine eco-sfeertje en dat is de wilde tuin om mijn huis. Die wordt gelukkig goed bezocht door heel veel flora en fauna. Ik probeer mijn minivijvertje daarin op een natuurlijke manier helder en gezond te houden. Dat is nog niet zo eenvoudig en dan realiseer je je hoe precair een ecosysteem is. Zonder water geen leven. Het is zo belangrijk.”

De kracht en uitdagingen van (water)data

Karien heeft een aantal jaren bij Wetterskip Fryslãn gewerkt en daar kennisgemaakt met waterbeheer. Maar de motivatie om programmamanager bij het Informatiehuis Water te worden haalt zij met name uit de maatschappelijke relevantie die zij aan het werk van informatiehuishouding koppelt. “We doen echt zingevend werk. We helpen het beleid voor waterbeheer verder door inzichtelijk te maken hoe we er in Nederland voor staan,” zegt Karien enthousiast. “Of dat nu goed of minder goed is, we helpen in ieder geval om het mogelijk te maken de wateromstandigheden aan te passen, dat vind ik fijn.”

Daarnaast heeft zij veel ervaring opgedaan met het omgaan met data. Van het van scratch opzetten van een nieuw data warehouse met nieuwe datatechnologie en -bouwblokken tot het gebruiken van bestaande data en die passend maken voor een bepaalde context. Daarbij ervaarde zij dat de grootste uitdaging niet ligt in de technologie. Iets kan technologisch moeilijk zijn, maar uiteindelijk lukken dingen meestal wel. Wat wél een uitdaging is, is omgaan met het inzicht dat data kan bieden. Dat kan voor sommige mensen bedreigend zijn en daardoor tot weerstand leiden. Karien: “Data kan aantoonbaar maken dat iets nog niet zo goed gaat als mensen dachten. Dat kan confronterend zijn. Het omgaan met weerstand over de inhoud is wel te doen. Het wordt lastig als die weerstand leidt tot ‘politieke spelletjes’. Dat is soms onontkoombaar maar we kunnen het met elkaar beter blijven hebben over de feiten.”

Kracht IHW is ook een risico 

Na de eerste periode van oriëntatie en vele gesprekken met Erik, collega’s en andere stakeholders, weet Karien 100% zeker dat ze de juiste keuze heeft gemaakt door de functie van programmamanager IHW op te pakken. Ze is enthousiast over de gedreven collega’s die over heel veel kennis en kunde beschikken op diverse vakgebieden. En ze ziet hoe de specifieke organisatievorm [2] van het Informatiehuis Water een belangrijke bijdrage levert aan het succes. Tegelijkertijd wordt ook steeds duidelijker waar stappen gezet kunnen worden en verbetering mogelijk is.

Waar zijn we van?

Karien: “Het is belangrijk dat we ons goed afvragen waarom we bepaalde dingen doen en wat daarvoor nodig is in tijd, capaciteit en financiën. We moeten onze basistaken perfect uitvoeren; elk jaar soepel en zonder hickups. Pas dan ontstaat vrije ruimte waarin we de bijkomende taken kwalitatief kunnen verbeteren. In de tussentijdse evaluatie van het IHW in 2024 is het beeld ontstaan dat we ons kunnen gaan oriënteren op verbreding of verdieping van onze taken, maar daarvoor moet de basis op orde zijn. Het is belangrijk dat we in kaart brengen waar we echt van zijn, wat we te allen tijde goed moeten doen en wat er dan nog bij kan.”

Stabiliteit en capaciteit

Daarnaast ziet Karien meerdere uitdagingen op het gebied van de personele bezetting: “Ik vind de stabiliteit van het team wel een risico. De organisaties die onze medewerkers hier detacheren, kunnen ook andere keuzes maken en mensen terugtrekken. Dan is zo’n samenwerkingsvorm dus ook heel precair. Het is een uitdaging om iedereen aan boord te houden in een vorm die alle partijen tevreden houdt. Bovendien zit er nu al een spanningsveld bij de capaciteit. Aan het oppakken van (extra) bijkomende taken, komen we voorlopig niet toe.”

Passende ambitie

Ondanks dat de besluitvorming over de verlenging van de samenwerkingsovereenkomst tot 2034 al vergevorderd is, is de horizon van het Informatiehuis Water beperkt. Dat beperkt ook de ruimte voor grootse ambities. Als samenwerkingsorganisatie is het Informatiehuis Water in hoge mate afhankelijk van de goodwill én bedrijfsvoering van de samenwerkende partijen. Karien: “Dus enige nederigheid past ons en dat is ook goed. De toegevoegde waarde van het Informatiehuis Water voor de watersector is het grootst als we wát we doen, helemaal goed doen. Dat moeten we dan vervolgens ook wel uitdragen om te voorkomen dat we daarmee onzichtbaar worden. Als je onzichtbaarheid wordt, kun je ook vergeten worden.”

De rol van Karien

Karien ziet het als haar taak als programmamanager om het Informatiehuis Water verder te helpen bij het maken van keuzes en het aanscherpen van de bedrijfsvoering. Ze is nog niet klaar met haar interne ‘onderzoek’ en merkt dat ze nog tijd nodig heeft om voeling te krijgen bij hoe de organisatie werkt. “Hoe wendbaar is deze organisatie? Aan welke knoppen kan ik draaien zodat het voor mij robuuster gaat voelen?” somt ze op. “Als ik dat scherp heb, ga ik naar buiten om onszelf onder de aandacht te brengen en de watersector te helpen met het oplossen van eventuele knelpunten.”

Daarnaast wil zij er graag zijn voor de mensen in het team. Ze is beschikbaar om over onderwerpen te sparren of die te bespreken en wil graag dwarsverbanden stimuleren in de verschillende sporen waarbinnen we werken. “Ik wil een beetje de luis in de pels zijn,” lacht ze. “Beter dat ik de vervelende vragen stel en dat we dingen intern eerst goed bespreken dan dat we ze niet bespreken. En het zou een mooie bijvangst zijn als ik mensen een beetje kan inspireren.”

Voor Karien is het grootste verschil ten opzichte van de afgelopen 13 jaar dat zij nu voor langere tijd met mensen gaat samenwerken. Dat betekent ook dat je je anders gaat verhouden tot de mensen in het team, dat je echt collega’s wordt. “Ik ben me ervan bewust dat als je als interim manager op een klus komt, je een bepaalde horizon meekrijgt. Dan mag je onderweg wel eens mensen ‘verliezen’. Dat kán hier niet. We moeten het met z’n allen doen. Dus zakelijk zijn in combinatie met het goed houden van de relatie en sterker nog, de relatie doen groeien, dat heeft mijn bijzondere aandacht."
 


[1] Persoonlijkheid.nl

[2] Het Informatiehuis Water is geen juridisch entiteit maar een samenwerkingsprogramma van de waterbeheerders van Nederland: Rijkswaterstaat, de waterschappen (vertegenwoordigd door de Unie van Waterschappen) en de provincies (vertegenwoordigd door het Interprovinciaal Overleg).